Terug naar het overzicht
cover
Various La Davina in all her roles
€ 431,99 Bestellen
Toevoegen aan winkelmandje Bestellen

Various

La Davina in all her roles

5054197473951

Componist Various
Titel La Davina in all her roles
Artiest Maria Callas
Artikel nr. 5054197473951
EAN Code 5054197473951
Aantal CD's 1
Label PLG UK Classics
Releasedatum 2023-09-22

SPECIAL

La Divina
Een schokkende ontdekking: meer dan de helft van de studenten muziekwetenschap in Amsterdam weet niet wie Maria Callas was. Kan roem dan zo snel vergaan? Laat deze royale box met 131 cd’s de herinnering aan La Divina levend houden.

Maria Kalogeropoulos werd geboren op 2 december 1923 in New York. Haar ouders waren Griekse emigranten die een jaar eerder hun vaderland hadden verlaten na de dood van hun zoontje. Toen het huwelijk verslechterde, keerde haar moeder samen met haar beide dochters terug naar Griekenland, waar Maria reeds als vijftienjarige haar debuut met orkest maakte als Santuzza in Mascagni’s Cavalleria rusticana. Jaren later herinnerde ze zich nog hoe gezwollen haar gezicht bij die gelegenheid was als gevolg van vreselijke kiespijn. Als kind was ze uitgesproken mollig, met zware brillenglazen vanwege haar kippigheid, in haar eigen woorden ‘het lelijke eendje’ van het gezin. Zo jong als ze was, kreeg Maria al les van Elvira de Hidalgo aan het Conservatorium van Athene. Ze absorbeerde de wijze lessen als een spons en toonde een werklust die haar tijdens haar gehele carrière zou vergezellen. Daarnaast stond ze op het toneel, in de ene titelrol na de andere, als Suor Angelica, Tosca, Leonore. Toen de Tweede Wereldoorlog voorbij was, besloot ze terug te keren naar New York, waar haar vader al die jaren was achtergebleven. In de Verenigde Staten kwam ze niet aan de bak. Wel in Italië, waar ze in Verona haar debuut maakte in La Gioconda van Ponchielli. De dirigent was Tullio Serafin, de man die haar stijlgevoel zou perfectioneren. Ook leerde ze in Verona de industrieel Giovanni Battista Meneghini kennen. Ze traden in 1949 in het huwelijk.

Opvallend is dat zij reeds als twintiger zware dramatische rollen op de schouder nam, zoals Isolde, Turandot en Brünnhilde in Venetië en Norma in Florence. Omstreeks 1950 liet zij de zware Wagnerpartijen voor wat ze waren en ging zij zich meer concentreren op muziek die haar grootste kracht zou worden: Verdi, Puccini en het belcanto van Rossini, Bellini en Donizetti. Ze werd een gevierde ster aan de Milanese Scala onder dirigenten als Victor de Sabata (Macbeth van Verdi) en Leonard Bernstein (Medea van Cherubini). In 1953-1954 viel ze in een paar maanden meer dan dertig kilo af om ook in uiterlijk te voldoen aan het imago van de superster. In de jaren vijftig nam ze de ene volledige opera na de andere op. Op de plaat had ze dezelfde magnetische aantrekkingskracht als in het theater. Ze wist met haar diep indringende stem hart en ziel van de luisteraars te raken. Op het toneel waren zingen en acteren onverbrekelijk één, een zeldzame combinatie van dramatische waarachtigheid en muzikale integriteit. Zo bracht ze operaheldinnen, tot dan toe vaak bordpapieren figuren, weer tot leven op het toneel. Vooral aan haar hebben belcanto-opera’s hun renaissance te danken. Daarmee heeft ze de operageschiedenis veranderd.

In de tweede helft van de jaren vijftig manifesteerden zich reeds de eerste tekenen van verval, zoals een ongecontroleerd vibrato met een alarmerende wobble. Haar Tosca onder Georges Prêtre (1964-1965) kon niet in de schaduw staan van haar Tosca onder Victor de Sabata (1953). In 1965 trad ze voor het laatst op in het operatheater, 41 jaar oud.

Maria Callas was vooral een prooi voor de roddelbladen geworden: haar scheiding van Meneghini, haar spraakmakende liaison met de Griekse reder en miljardair Aristoteles Onassis, die later tot haar verbijstering en verdriet een verhouding zou aangaan met Jacqueline Kennedy, met wie hij zelfs trouwde. In artistiek opzicht trad Callas nog wel in het openbaar als filmster in Medea van Pasolini (1969), met masterclasses aan de Juilliard School in New York (1971-1972) en op een als comeback bedoelde, bijzonder pijnlijke wereldtournee met de tenor Giuseppe di Stefano (1973-1974). Ze bracht haar laatste jaren grotendeels in Parijs door, waar ze op 16 september 1977 overleed aan een hartaanval. Ze was 53 jaar oud.

Gelukkig is Maria Callas groot geworden in een tijd waarin de platenindustrie een bloeitijd beleefde. Zo zijn haar fantastische prestaties tot in details vastgelegd. Op dit punt is deze box, wel het meest complete overzicht ooit, een onmisbaar document. De doos bevat bijvoorbeeld 69 cd’s met alle studio-opnamen van volledige opera’s en recitals. Daarnaast 58 cd’s met liveopnamen van opera’s en recitals, drie blu-ray discs met video’s van haar optredens in Parijs (1958), Hamburg (1959 en 1962) en Londen (1962 en 1964), de masterclasses aan de Juilliard School, zelfs nog een cd met nooit eerder verschenen studio-opnamen. Moge de belangrijkste operazangeres van de twintigste eeuw niet vergeten worden.

Eddie Vetter (Klassieke Zaken 3-4-2023)

  • cover
Terug naar het overzicht