5400439007918
Componist | Cesar Franck |
Titel | Complete Orkest werken |
Artiest | Orchestre Philharmonique Royal de Liege |
Artikel nr. | 0000791FUG |
EAN Code | 5400439007918 |
Aantal CD's | 4 |
Label | FUGA LIBERA |
Releasedatum | 2022-04-01 |
# | Titel & Artiest | Tijd |
---|---|---|
1 | Variations brillantes sur un thème original pour piano et orchestre — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Pierre Bleuse; Florian Noack | 014:17 |
2 | Variations brillantes sur la ronde favorite de Gustave III de Daniel-FranCois-Esprit Auber pour pian — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Pierre Bleuse; Florian Noack | 013:06 |
3 | Allegro maestoso — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Pierre Bleuse; Florian Noack | 013:38 |
4 | Adagio — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 005:07 |
5 | Rondo - Allegro vivace — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 008:48 |
6 | "Ce qu'on entend sur la montagne", poème symphonique d'après Victor Hugo, Op. 13 — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Christian Arming | 024:21 |
1 | Rédemption (Morceau symphonique), première version — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Gergely Madaras | 012:07 |
2 | Rédemption, FWV 52: VI. Poème Symphonique — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Hervé Niquet | 010:31 |
3 | Les Éolides, Poème symphonique d'après Charles-Marie Leconte de Lisle — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; FranCois-Xavier Roth | 010:17 |
4 | I. Lutte de l'hiver et du printemps, allegro maestoso — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Christian Arming | 003:25 |
5 | II. Danse de l'hiver, allegretto — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 004:11 |
6 | III. Danse des elfes, allegretto — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 002:47 |
7 | IV. Danse et choeur des ondines, pochissimo lento — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 003:08 |
8 | V. Ronde générale, allegro brioso — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 003:40 |
9 | Le Chasseur maudit, Poème symphonique d'après une ballade de Gottfried August Bürger — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; FranCois-Xavier Roth | 014:10 |
1 | Les Djinns, Poème symphonique pour piano et orchestre d'après Victor Hugo — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; FranCois-Xavier Roth; Cédric Tiberghien | 012:18 |
2 | Variations symphoniques pour piano et orchestre: Poco allegro - Poco più lento - Allegretto quasi an — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; FranCois-Xavier Roth; Cédric Tiberghien | 016:14 |
3 | Première partie: Le sommeil de Psyché (Lento) — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Gergely Madaras | 009:03 |
4 | Première partie: Psyché enlevée par les Zéphyrs (Allegretto vivo) — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 002:44 |
5 | Deuxième partie: Les jardins d'Éros (Poco animato) — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 003:30 |
6 | Deuxième partie: Lento - Amour source de toute vie — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 006:35 |
7 | Deuxième partie: Psyché et Éros — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 008:31 |
8 | Troisième partie: Le châtiment : Quasi lento - Amour elle a connu ton nom — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 004:30 |
9 | Troisième partie: Souffrances et plaintes de Psyché — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 006:24 |
10 | Troisième partie: Apothéose : Poco lento - Éros a pardonné — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 004:51 |
1 | Prélude, choral et fugue, Orchestré par Gabriel Pierné — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Pierre Bleuse | 019:18 |
2 | I. Lento - Allegro ma non troppo — Orchestre Philharmonique Royal de Liège; Christian Arming | 017:55 |
3 | II. Allegretto — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 010:16 |
4 | III. Allegro non troppo — ORCHESTRE PHILHARMONIQUE ROYAL DE LIEGE - CHRISTIA | 010:58 |
SPECIAL
De tweede jeugd van César Franck
César Franck kan wel een paar nieuwe impulsen gebruiken. Zijn orgelmuziek is onaantastbaar, maar de rest van zijn oeuvre is steeds minder vaak in concertzalen te horen. Nu wordt herdacht dat hij twee eeuwen geleden is geboren, lijkt hij aan een tweede jeugd te beginnen.
César Franck werd in 1822 geboren in Luik, maar zijn moeder was van Duitse origine en zijn vader kwam uit een plaats vlak bij de grens met Duitsland. De jongen bleek muzikaal talent te hebben. Op zijn zevende werd hij toegelaten tot het conservatorium van Luik en op zijn twaalfde ging hij als een jonge pianovirtuoos op tournee door heel België. In die tijd componeerde hij ook zijn eerste pianotrio.
Césars ambitieuze vader, een eenvoudige man die werkeloos was toen de kleine werd geboren, heerste met ijzeren vuist over de muzikale opleiding van zijn zoon. Het gezin verhuisde naar Parijs, waar de jongen werd toegelaten tot het conservatorium. Behalve als jeugdige pianovirtuoos manifesteerde hij zich daar als componist.
De pianotrio’s opus 1 verschenen in 1843, toen hij twintig jaar was. De bundel werd gekocht door de fine fleur van het Parijse muziekleven: de namen van Auber, Chopin, Donizetti, Halévy, Liszt en Meyerbeer prijken op de intekenlijst. Het kon minder. De jonge Franck nam dankbaar de adviezen van Liszt in ontvangst en droeg zijn volgende pianotrio op ‘aan mijn vriend Franz Liszt’.
En toen werd het opeens vrij stil rondom César Franck. Hij was allang geen wonderkind meer, brak met zijn vader en trouwde tegen de zin van zijn ouders met de dochter van toneelspelers van de Comédie-Française. In muzikaal opzicht verruilde hij de piano voor het orgel en de salon voor de kerk. Hij verdiende sindsdien zijn brood als organist in verschillende Parijse kerken. Dertig jaar lang componeerde hij voornamelijk orgelwerken en andere religieuze muziek. Zijn vriend Liszt gunde ze ‘een plaats naast de meesterwerken van Bach’.
Toen hij al een eind in de vijftig was, liet Franck weer van zich horen in de kamermuziek en het symfonisch repertoire. Vooral met composities uit de laatste fase van zijn leven – hij overleed in 1890 – heeft hij naam gemaakt. Uiteraard vormen ze de trofeeën in de twee boxen die het Belgische label Fuga Libera in dit herdenkingsjaar op de markt brengt.
De Complete Orchestral Works (vier cd’s) omvatten nieuwe en iets oudere opnamen waarop het Orchestre Philharmonique Royal de Liège zich aan het volledige symfonisch oeuvre wijdt onder dirigenten als François-Xavier Roth en Hervé Niquet. Hierin hebben de bekende Variations symphoniques en de Symfonie in d ereplaatsen, maar de oren spitsen zich bijvoorbeeld ook bij het onbekende symfonisch gedicht Ce qu’on entend sur la montagne uit 1846, gecomponeerd een paar jaar voordat Liszt eveneens een symfonisch gedicht aan deze tekst van Victor Hugo zou wijden.
In de eveneens vier cd’s tellende box met de Complete Chamber Music staan de befaamde Vioolsonate, het Pianokwintet en het Strijkkwartet uit de laatste fase van Francks leven tegenover de prille pianotrio’s uit zijn jeugd, toen hij nog vooral zijn enorme talent als pianovirtuoos wilde etaleren. Het is zonneklaar hoezeer in de tijd tussen jong en oud de muziek van Wagner zijn muzikale stijl heeft beïnvloed. Dit is nog niet alles. Het label Bru Zane heeft onlangs een dubbel-cd met alle 22 liederen en zes vocale duetten van Franck uitgebracht, vertolkt door onder meer Véronique Gens. Een opname van de opera Hulda zal eveneens bij Bru Zane verschijnen, terwijl Ricercar binnenkort een box met alle werken voor orgel en harmonium op de markt zal brengen. Het is zowaar alsof de bijna vergeten componist als 200-jarige aan een tweede jeugd begint.
Eddie Vetter (Klassieke Zaken 2/3-2022)