Terug naar het overzicht
cover
Beethoven, L. van Beethoven Leonore
€ 26,99 Bestellen
Toevoegen aan winkelmandje Bestellen

Beethoven, L. van

Beethoven Leonore

3149020940877

Componist Beethoven, L. van
Titel Beethoven Leonore
Artiest Freiburger Barockorchester
Dirigent Jacobs, René
Artikel nr. 2094087123206
EAN Code 3149020940877
Aantal CD's 2
Label HARMONIA G - O HARMONIA MUNDI
Releasedatum 2020-03-27
# Titel & Artiest Tijd
1 Ouvertüre — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 011:51
2 Ich liebe dich, so wie du mich (1. Akt) — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:57
3 O wär' ich schon mit dir vereint — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 003:20
4 Marzelline! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 000:35
5 Jetzt, Schätzchen, jetzt sind wir allein — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 003:58
6 Nein, nein und nochmals nein - Schon wieder Krach, ihr Beiden? — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:57
7 Ein Mann ist bald genommen — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 002:59
8 Ist Fidelio noch immer nicht zurück, Marzelline? - Das hat ewig gedauert — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:20
9 Mir ist so wunderbar — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 003:27
10 Es ist klar, sie liebt mich — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 000:45
11 Hat man nicht auch Gold beineben — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 002:30
12 Es ist ein mächtig Ding: Das Gold! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:49
13 Gut, Söhnchen, gut — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 006:23
14 Marsch (2. Akt) — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:33
15 Hauptmann, ich will drei Schildwachen auf dem Wall — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:33
16 Ha! Welch ein Augenblick! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 003:03
17 Hauptmann, kommen Sie! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 000:43
18 Jetzt, Alter, jetzt hat es Eile! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 004:45
19 Ich bin zu feige, ihr die Wahrheit zu sagen — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 000:46
20 Um in der Ehe froh zu leben — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 005:09
21 Komm Fidelio, wir gehen spazieren - Wie grausam, dieses liebenswürdige Mädchen — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 002:07
22 Ach, brich noch nicht, du mattes Herz! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 007:28
1 O, welche Lust, in freier Luft — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 006:22
2 Nun sprecht, wie ging's? — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 004:27
3 Ach, Vater, eilt! - Noch immer zaudert ihr? — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 004:50
4 Gott! Welch Dunkel hier! (3. Akt) — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 009:41
5 Eiskalt ist es hier! - Nur hurtig fort — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 005:34
6 Er macht die Augen auf! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 002:48
7 Euch were Lohn in bessern Welten — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 005:14
8 Alles ist bereit - Ist alles bereit? — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 001:01
9 Er sterbe! - Folge mir Rocco! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 005:13
10 Ich kann mich noch nicht fassen — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 008:59
11 Durch welches Wunder gelang es dir — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 000:27
12 Zur Rache, wir müssen ihn seh'n! — FREIBURGER BAROCKORCHESTER RENE JAC 015:13

COLUMN

Weinig Adams, veel Beethoven
Aanvankelijk was ik van plan deze column een speelse kop mee te geven. De Kleine Adams naast De Grote Beethoven. Of: Amerikaanse Dwerg verpletterd door Duitse Reus. Te flauw voor woorden. Bovendien bezijden de waarheid. De John Adams uit 1947 (niet te verwarren met zijn landgenoot John Luther Adams, die werd geportretteerd door Guido van Oorschot in het Aangenaam Klassiek-boekje Klinkende Liefde), is eveneens een componist van formaat. Een van de belangrijkste van nu. Volstrekt terecht dat hij in november in het Paleis op de Dam de Erasmusprijs 2019 kreeg uitgereikt door koning Willem Alexander. Een belangrijke oeuvreprijs die slechts twee componisten voor hem kregen: Messiaen en Kagel. Deze onderscheiding is bestemd voor ‘een instelling of persoon die een buitengewone bijdrage heeft geleverd op het gebied van de geesteswetenschappen, sociale wetenschappen of de kunsten, in Europa of daarbuiten.’ Een mondvol, maar wel goed voor anderhalve ton.

De jury vond dat Adams “een nieuw muzikaal idioom heeft gecreëerd door elementen uit de jazz, de populaire en de klassieke muziek aan elkaar te smeden”. Hij heeft hedendaags klassiek weer “verstaanbaar” gemaakt, belangrijk in een tijd waarin dit genre steeds meer moeite heeft om gehoord te worden. Keurige manier om het prikkeldraad te duiden dat zo in zwang was in het (gelukkig) alweer voorbije tijdperk vol atonale en seriële experimenten. Kille muziek uit het lab.

Adams werd in het zonnetje gezet omdat hij “regelmatig maatschappelijke vraagstukken aan de orde stelt, wat hij als taak van de kunstenaar ziet”, stelt de jury. Spraakmakende opera’s als Nixon in China en The Death of Klinghoffer (over het Palestijnse vraagstuk) en later die indringende ‘klaagzang’ On the Transmigration of Souls - naar aanleiding van de aanslagen in New York op 9/11 – vormen evenzovele klinkende bewijsstukken. Een componist des vaderlands waardig.

Maar hij liet zich het hoofd niet op hol brengen door alle loftuitingen. In zijn dankwoord (zie de site van Praemium Erasmianum) benadrukt hij dat hem in de eerste plaats nederigheid is geboden met al die illustere voorgangers als prijswinnaars. “De neiging bij kunstenaars tot maatschappelijk activisme is niet nieuw.” Voor de een is het abstracte kunstwerk het ideaal, voor een ander de sociale of politieke boodschap. In beide secties is “grote kunst” ontstaan. Gelukkig maar, constateert Adams.

“Niemand zal het in zijn hoofd halen het Wohltemperierte Klavier of de Goldbergvariaties wegens gebrek aan maatschappelijke relevantie terzijde te schuiven en evenmin zal iemand het emotionele en artistieke belang ontkennen van sociaal geëngageerde muziek, zoals de finale van Beethovens Negende.” Met Schillers oproep tot verbroedering in de Ode an die Freude. En daarmee zitten we midden in een actueel probleem: hoeveel Beethoven kunnen we verdragen in dit herdenkingsjaar, 250 jaar na zijn geboorte in Bonn?

Het is de ene Negende na de andere, de ene cyclus na de andere. In de platenwereld willen velen hun punt maken. Bijna ieder label komt met iets nieuws. Of iets ouds! Het Concertgebouworkest heeft een album in voorbereiding met historische opnamen van de 9 symfonieën onder beroemde dirigenten: van Bernstein en Harnoncourt tot Antal Dorati. Interessant, daar niet van. Maar zit er nog iemand te wachten op wéér een box met de 32 pianosonates na die spectaculaire uitgave van Sony met Igor Levit? Hoogstens op de nieuwe versie van de 5 concerten met Ronald Brautigam.

Ik bedoel maar: John Adams komt er nogal bekaaid vanaf met slechts één recente uitgave op Decca die de aandacht trekt. De in Montreal live geregistreerde versies van zijn eerste grote orkestwerk (Harmonielehre), voorafgegaan door het al uit 1979 daterende Common Tones in Simple Time (grote poëtische verrassing, had ik nog nooit gehoord!), gevolgd door de hit Short Ride in a Fast Machine worden door Kent Nagano met vaste hand verdedigd. Prachtig portret van Adams uit Canada.

Wat betreft Beethoven moeten we bij onze zuiderburen zijn. De beste biografie in het Nederlands is nog altijd het standaardwerk van Jan Cayers. Ook de geactualiseerde heruitgave mag er wezen. De reeks met de tien Vioolsonates van Beethoven, waar Lorenzo Gatto en Julien Libeer jaren aan hebben gewerkt, is nu compleet. Van alle recente opnamen met moderne instrumenten is dit de meest overtuigende. Met name door het aandeel van Libeer, die in de voetsporen treedt van pianisten als Haskil en Pires. En die duidelijk maakt dat het hier in wezen om “Sonaten für Pianoforte und Violine” gaat. En niet andersom.

Nog een pluspunt: de geluidskwaliteit van deze Alpha-cd is werkelijk spectaculair. Glashelder, direct en toch ruimtelijk. Het is net of je in La Chaux-de-Fonds (Zwitserland) of in Brussel (Flagey) bij dit duo op de beste plaats in de zaal zit. Een feest. Helaas ontbreekt dat een beetje bij de live-registratie van de oerversie van Beethovens enige opera Fidelio. Die in 1805 als Leonore het licht zag en waaraan hij negen jaar is blijven schaven. Worstelend met de materie, wat uiteindelijk tot drie verschillende versies zou leiden. Zoals we ook tijdens een opvoering in het Concertgebouw konden horen, verdedigt René Jacobs dit project met hart en ziel. Al is de vocale bezetting niet op alle fronten ideaal. Het hardcoverboekwerk van deze Limited Edition, twee cd’s plus alle teksten, is riant vormgegeven. Op zich al de aanschaf waard.

Hans Heg (Klassieke Zaken 1-2020)



OPERA

Overtuigend pleidooi voor Leonore
In 2017 tourde René Jacobs met het Freiburger Barockorchester door Europa met Beethovens eerste versie van de enige opera die hij heeft geschreven: Leonore uit 1805. Als het aan Jacobs ligt dan zou deze versie minstens net zo vaak uitgevoerd moeten worden als de veel populairdere versie Fidelio uit 1814. De liveopname van het concert in Parijs verschijnt eind november op cd bij harmonia mundi.

Toen Beethoven in 1803 werd aangesteld als composer in residence van het Theater an der Wien moest hij beloven dat hij jaarlijks één nieuwe opera zou schrijven. Een belofte die hij graag wilde doen, want hij was zelf al jaren van plan om eindelijk eens iets in dit genre te presteren, een groot hiaat in zijn oeuvre tot dan toe. Van deze belofte zou weinig terechtkomen. De première in 1805 van zijn eerste opera Leonore was een fiasco en het stuk werd na drie voorstellingen van het repertoire geschrapt. De tweede, flink aangepaste en ingekorte versie van Leonore uit 1806 zou zelfs maar twee keer worden opgevoerd. Pas in 1814 werd de opera enthousiast ontvangen in de uiteindelijke versie Fidelio. Een tweede opera is er nooit gekomen. Beethoven wees vele libretto’s af en van zijn plannen om opera’s te schrijven gebaseerd op theaterklassiekers als Faust en Macbeth is niets terechtgekomen.

Dat de première in 1805 geen succes was lag waarschijnlijk niet aan Beethovens muziek, maar meer aan de omstandigheden. Omdat de Weense adel de stad uit was gevlucht voor de naderende troepen van Napoleon zat er bijna geen Duitstalig Weens publiek in de zaal en de aanwezige Franse soldaten begrepen natuurlijk niets van de Duitse gesproken en gezongen teksten. Bovendien was er veel te weinig repetitietijd om Beethovens complexe partituur in te studeren, dus de zangers en de musici hadden hun partijen nog niet onder controle en namen trage tempo’s waardoor de opera veel te lang duurde. Het is dus maar de vraag of het écht nodig was om nog zo veel te sleutelen aan de partituur. Want hoe succesvol de kortere versie uit 1814 ook is, René Jacobs bewijst met deze cd-opname dat de eerste versie ijzersterk is als het orkest, het koor en de solisten hun partijen wél beheersen.

Wie zonder enige voorkennis naar deze nieuwe cd luistert van het Freiburger Barockorchester, de Zürcher Sing-Akademie en een topcast van solisten zal zich niet afvragen of Beethoven wellicht nog meer versies van Leonore heeft geschreven. Beethovens opera over onbaatzuchtige zelfopoffering, standvastigheid en ware liefde wordt overtuigend uitgevoerd. Het verhaal waarin Leonore, vermomd als de mannelijke gevangenisknecht Fidelio, haar geliefde Florestan bevrijdt uit de kerkers van Don Pizzaro boeit van het begint tot het eind. Al heeft wellicht niet iedere luisteraar de juiste concentratie om naar alle (door René Jacobs zelf bewerkte en gemoderniseerde) dialogen te luisteren.

Omdat de meeste gezelschappen nog altijd voor Fidelio kiezen is het relevant om te weten waarom René Jacobs voor Leonore heeft gekozen. In het bijbehorende cd-boekje staat een interview waarin hij uitgebreid vertelt waarom hij ‘de Leonore van 1805 als de beste versie van de opera van Beethoven ziet’. Er is volgens Jacobs veel mooi materiaal verloren gegaan na de vele coupures die Beetoven op verzoek van een paar Weense vrienden heeft aangebracht, de ouverture die bij de première werd uitgevoerd is het overtuigendst, de dramaturgie is effectiever en de slotpassage is veel spannender dan in de ingekorte versie Fidelio. Uiteraard geeft Jacobs veel voorbeelden om zijn vier argumenten toe te lichten. Het overtuigendst is zijn uitleg over de soms ongelukkige coupures. Het is inderdaad moeilijk om te begrijpen waarom Beethoven het prachtige duet van Leonore en Marzelline (met de uitdagende solo’s voor viool en cello) heeft geschrapt. En dat geldt bijvoorbeeld ook voor het duet van Leonore en Florestan in de finale, waarin zij hun verwachte ‘liefdesdood’ moedig tegemoet gaan, vlak voor de verrassende ontknoping. Bovendien ontbreken in de latere versies enkele prachtige coloraturen van Leonore in haar grote aria Ach, bring noch nicht, du Mattes Herz.

Luisteraars die Fidelio goed kennen zullen bij het beluisteren van deze Leonore-cd wellicht verrast worden door de verschillen, en mogelijk ontstaan er twijfels over welke versie nou het mooist is. Maar misschien is het veel leuker om Leonore te beluisteren als een apart werk, als Beethovens vruchtbare resultaat na twee jaar enthousiast componeren. Deze prachtige opname van Beethovens enige opera is een overtuigend pleidooi voor de oerversie van Leonore uit 1805.

Noortje Zanen (Klassieke Zaken 6-2019)

  • cover
  • cover
Terug naar het overzicht