Uchida, Mitsuko
2006-02-03 14:57:30
Mitsuko Uchida kwam in 1961 met haar ouders naar Wenen, waar haar vader een post als ambassadeur aanvaardde. Die verhuizing is bepalend geweest voor haar (muzikale) leven. In Wenen kreeg de 13-jarige Mitsuko haar eerste professionele pianolessen. Zij maakte al meteen kennis met de muziek van Haydn, Mozart, Beethoven en Schubert, en kort daarna, op haar 14de, ook met het werk van Schönberg. Haar verblijf toen, in deze met muziek doordrenkte keizerlijke stad, heeft ertoe geleid dat zij er altijd met een soort navelstreng aan verbonden bleef. Haar werk is haar lust en haar leven. En je voelt dat ze voor de muziek leeft. ‘Ik heb geen auto. Ik heb geen groot huis met tuin nodig, of een landhuis. Ik heb mijn eigen huis, mijn studio, mijn piano’s, maar er zijn zoveel dingen die ik níet nodig heb. Ik houd van vroeg Worcester porselein, en ik drink daar elke dag mijn thee uit. Verder is de enige luxe in mijn leven rode wijn.’
De drie culturen - de Japanse, Oostenrijkse en Engelse met bijbehorende talen - hebben haar gevormd. ‘Mijn drang om iets tot op de bodem uit te zoeken en recht op mijn doel af te gaan, komt door mijn Japanse achtergrond’, zei Uchida eens. ‘Toch voel ik me behoorlijk vervreemd van mijn land. In Japan regeert de wet van de meerderheid, je mag er niet bovenuit steken, iedereen is hetzelfde, het is één grote massa.’ Het is deze Japanse drang om alles ‘tot op de bodem’ uit te zoeken die haar interpretaties kenmerkt. Zij bestudeert de werken grondig, eerst door ze ‘droog’ minutieus te analyseren. Dan speelt zij de stukken maanden lang. Stukje bij beetje verwerkt zij in haar interpretatie zowel haar intuïtieve als haar analytische bevindingen. Ook leest zij de biografieën van de betreffende componisten, om via hun levensgeschiedenis beter begrip voor hun muziek te krijgen. Uchida is niet alleen muzikaal optimaal voorbereid op een concert. Vooraf bezoekt zij de zaal waar zij gaat optreden, om de akoestiek optimaal te leren kennen. ‘De mensen denken dat je uitsluitend piano speelt, maar je bespeelt natuurlijk ook de zaal. Je hebt eigenlijk twee instrumenten tot je beschikking, die elk ongeveer een even groot aandeel hebben in het uiteindelijke resultaat. Hoe specifieker de akoestiek van een zaal is, hoe meer tijd het kost je daar op in te stellen. Het Amsterdamse Concertgebouw is zéér specifiek!’ zei ze een keer in Het Parool.
Uit alles wat zij doet, spreekt een enorme toewijding. Zij is musicienne - niet van beroep, zegt ze, maar uit roeping. Ontroeren en ontroerd worden is daarbij het hoogste doel. Aldus sprak de Japanse pianiste die zich met oosterse vastberadenheid het hoogste goed van de westerse cultuur heeft eigengemaakt.
Lees de hele special door Doron Nagan in het Klassieke Zaken Magazine van februari 2006.
http://www.mitsukouchida.com
Relevante recensies