2008-02-21 09:43:29
Hoe verder zónder Stockhausen?
Recht tegenover de artiesteningang van Carnegie Hall zetelt sinds mensenheugenis het Joseph Patelson Music House. Heerlijke ouderwetse zaak, zoals je ze ook in New York niet veel meer aantreft. Na het overlijden van Karlheinz Stockhausen, op 5 december, stond er ’n tijdje een foto van hem in de etalage. Onder het portret lag een rode roos. Wat een mooie hommage, dacht ik even. Nadere bestudering van dit tafereel zorgde echter voor een kleine schok.
Er lagen ook teksten bij. ‘Nog saaier dan de allersaaiste achttiende-eeuwse muziek.’ Was getekend: Igor Stravinsky. Op een ander bordje de vraag die ooit aan Sir Thomas Beecham werd gesteld. ‘Hebt u al iets van Stockhausen gehoord?’ Waarop de in 1961 overleden Engelse dirigent antwoordde: ‘No, but I believe I have trodden in some.’ Typische woordgrap van de excentrieke Beecham. Het kan immers van alles betekenen: erin of erop getrapt. Het opvallendste citaat was van Stockhausen zelf, die zijn afkeer van Wenen – abject conservatief bolwerk – niet onder stoelen of banken stak. ‘Kijk, daar beneden kun je de oceaan van licht zien die Wenen voorstelt. Over een paar jaar ben ik zover dat ik in staat zal zijn met behulp van slechts één elektronische klap die hele stad in de lucht te laten vliegen!’
Kort na de aanslag op het World Trade Center maakte Stockhausen weer zo’n toespeling. Hij beschouwde de klap die de westerse wereld na 9/11 op haar grondvesten deed schudden als ‘het grootste kunststuk’ dat maar denkbaar is. Verbijstering alom. Concerten in Hamburg werden meteen afgelast. Zijn uitspraak ging als een lopend vuurtje de wereld rond. De excuses van Stockhausen dat hij het natuurlijk niet letterlijk maar in overdrachtelijke zin had bedoeld mochten niet meer baten. In Amerika wordt hij sindsdien met de nek aangekeken. Daardoor zou je bijna vergeten dat hij een van de belangrijkste componisten uit de twintigste eeuw is geweest.
Hij maakte in het begin van de jaren vijftig een vliegende start met Kreuzspiel en creëerde kort daarna het eerste elektronische meesterwerk: Gesang der Jünglinge. In 1959 doorbrak hij met Gruppen het kader van het traditionele symfonieorkest door een uit 109 musici bestaand ensemble in drie groepen op te splitsen en rondom het publiek te plaatsen. Met zijn immense muziektheaterwerk Licht (bijna R dertig uur!), gewijd aan de zeven dagen van de week, gezet op eigen teksten en opgevoerd in zijn eigen ‘regie’, probeerde hij Wagner en diens vierluik Der Ring des Nibelungen te overtreffen. Of hij daarin is geslaagd weet niemand omdat de eerste complete presentatie nog op zich laat wachten.
Welk theater kan zich zo’n megaspektakel permitteren? En wie wilde zich onderwerpen aan de dwingende eisen van Stockhausen? De première van Donnerstag in Milaan leidde bij mij in ieder geval tot de conclusie: soms geniale muziek maar theatraal vooral flauwekul met allerlei kosmische rimram. Als theaterman was Stockhausen gewoon een amateur.
Niemand kon echter om hem heen als je zijn opera’s wilde uitvoeren. In die zin hebben we hier geluk gehad omdat hij zijn composities in het Concertgebouw in hoofdzaak regisseerde vanachter zijn mengpaneel. Wie zal ooit de opvoering van het koorwerk Engel-Prozessionen vergeten? De beperkte mogelijkheden van de Grote Zaal hadden een heilzame werking. Stockhausen werd na afloop bedolven onder de ovaties. Hoe anders pakte het uit bij de Nederlandse première van Stimmung in 1969. Na een minuut of vijftien begon het publiek luidkeels te protesteren en moest het concert worden afgelast. Stockhausen liep woedend weg. Het was een van de weinige keren dat hij de zaak niet meer onder controle had.
Naar aanleiding van de recente opname van Stimmung door Singcircle schreef Paul Hillier (een bas die eerder met Stockhausen samenwerkte) in een Engelse krant dat de componist hem een hele lijst met kritische opmerkingen had opgestuurd nadat hij een tape had beluisterd.
Met opnieuw de eis dat de zangers tijdens het zingen niet op een stoel maar op kussens moesten zitten. Hillier: ‘Ik had het gevoel dat zijn controlerende hand het weer begon over te nemen…’ Stockhausen leefde toen nog. Hoe moet het nu verder zónder Stockhausen?
Hans Heg
Karlheinz Stockhausen
Stimmung
Singcircle o.l.v. Gregory Rose
Hyperion CDA66115
http://www.stockhausen.org