2006-12-01 14:25:31
30 jaar Schönberg Ensemble
In 1974 besloot een groep studenten van het Koninklijk Conservatorium Schönbergs Pierrot Lunaire uit te voeren onder leiding van Reinbert de Leeuw. Daarna bleven de musici bij elkaar en hun invloed op het Nederlandse muziekleven groeide uit tot ontzagwekkende proporties. Voldoende reden voor een imposante editie die in een gelimiteerde oplage verkrijgbaar is.
door Emanuel Overbeeke
Het Schönberg Ensemble is een van de eerste ensembles die kort na de Notenkrakersacties in 1969 zijn ontstaan. Jonge componisten onder wie Reinbert de Leeuw protesteerden tegen het in hun ogen conservatieve beleid van Nederlandse symfonieorkesten en kwamen tot de conclusie dat hun muziek het beste niet kon worden uitgevoerd door een symfonieorkest, maar door een ensemble. Een ensemble bestaat meestal uit instrumenten uit verschillende families (strijkers, blazers, slagwerk), waarbij elk instrument vaak solistisch is vertegenwoordigd. In het beste geval is de klank veel doorzichtiger dan die van een symfonieorkest, terwijl de textuur veel rijker kan zijn dan die van een traditioneel klein gezelschap als een strijkkwartet.
Het Schönberg Ensemble bleek van meet af aan een van de beste met een herkenbaar repertoire en geluid. Schönberg werd niet alleen de naamgever, maar ook het hart van de groep. Het ensemble speelt alle muziek met de zwaarte en de expressionistische geladenheid van de heftige laatromantiek. De spanning tussen de worteling in een klassiek gevoel voor drama en een vernieuwing van de muzikale middelen is de rode draad in de uitvoering van elke compositie. De Leeuw maakt hoorbaar dat Schönberg altijd een romanticus is gebleven, ook toen hij niet meer tonaal componeerde. Alle atonale muziek in deze editie (het overgrote deel) klinkt als muziek die het liefst tonaal had willen zijn. Naoorlogse grootheden als Kagel, Vivier, Yun en Rihm veranderen in aartsromantici, soms meer introvert, soms extravert, maar altijd nadrukkelijk en ietwat zwaar op de hand. Zelfs de punctuele Ellington en Stravinsky klinken bij uitvoeringen op dit niveau als vervoerende romantici. De stap van Mahler naar Webern, beiden in deze editie vertegenwoordigd, wordt zodoende zeer klein.
Deze Duitse bril hielp De Leeuw zeer bij de verkenning van het niet-Duitse repertoire. Bij mediterrane meesters als Messiaen, Boulez, Berio en Maderna benadrukt hij de grote klankrijkdom. Bij de Duitsers Henze en Stockhausen en de Hongaren Ligeti en Kurtág hoort men de dunne scheidslijn tussen romantiek en expressionisme. De Leeuw liet Nederland
(nader) kennismaken met componisten die hier nog maar zelden te horen waren en die zich buiten de geijkte paden bewegen. Met name Russische componisten en componistes profiteerden van De Leeuws inzet. En welke techniek een componist ook hanteert, voor De Leeuw staat altijd de expressie voorop.
Hoe breed het repertoire van het ensemble ook is geworden, De Leeuw is zijn notenkrakersinstelling trouw gebleven. Het adagium dat een ensemble eerder geneigd is tot muzikale experimenten dan een symfonieorkest heeft hij volledig waargemaakt. Hij maakte de werken van de Tweede Weense school (rond 1970 nog amper bekend) toegankelijk voor een breed publiek en groeide uit tot een van de meest productieve vertolkers van de muziek van Louis Andriessen. Ook andere Nederlanders kunnen rekenen op zijn missiedrang.
De editie (22 cd’s, 3 dvd’s en een schitterend boek) is een onmisbaar document voor liefhebbers van de hedendaagse muziek en voor al diegenen die het hedendaagse Nederlandse muziekleven willen volgen. Zelden verschenen zoveel uitstekende nieuwe composities in zo schitterende uitvoeringen voor (omgerekend per schijf) zo weinig geld. Van een groot aantal composities zijn weinig of geen andere uitvoeringen beschikbaar. Hoeveel andere Nederlandse musici kunnen zich beroepen op zo’n prestatie?
http://www.schoenberg-ensemble.nl/72/?s72p11
Relevante recensies