2009-05-29 13:50:06
Maria João Pires’ eigenzinnige visie op Chopin
Deze maand verschijnt er een dubbel-cd bij Deutsche Grammophon met louter werken van Frédéric Chopin door de pianiste Maria João Pires. De ‘exquisite Chopiniste’, zoals ze al eerder in de pers werd genoemd, speelt daarop latere werken van de componist. Het is geen systematische gang door zijn oeuvre geworden, maar een verkenningstocht door zijn late periode.
door Joke Dame
Een greep naar het hoofd. Een blik van ongeloof, een bijbehorend, nerveus lachje, en dan de eerste opmerking vanachter de piano naar dirigent Riccardo Chailly die zojuist van start is gegaan met de orkestrale inleiding van Mozarts Pianoconcert KV 466. De soliste, Maria João Pires, gelooft haar oren niet. De afspraak was een ander concert van Mozart. Dácht ze. De openbare repetitie is begonnen, de zaal zit bomvol met publiek en Pires is zichtbaar de wanhoop nabij. We zien haar razendsnel denken, ontreddering op haar gezicht. ‘Ik weet zeker dat je het kunt,’ zegt de maestro terwijl hij een energieke opmaat naar haar introductie aangeeft. Ze heeft nog een paar maten, haar concentratie richt zich op het stuk dat ze niet heeft voorbereid en dan speelt ze. Ze miste geen noot, verklaarde Chailly achteraf. Meesterpianiste Maria João Pires heeft het al vaker gezegd: het podium waar ze al sinds haar vijfde levensjaar komt, is niet haar favoriete omgeving en deze ervaring zal niet hebben bijgedragen aan een grotere concertvreugde. O zeker, ze houdt nog steeds heel erg van pianospelen, maar aan het leven van een reizende sterpianiste heeft ze ronduit de pest. ‘Ik zie het een beetje als een verplichting, als iets dat nu eenmaal bij mijn leven hoort. Ik doe het, net als andere mensen die niet altijd evenveel zin hebben als ze naar hun werk gaan.’ De eenzaamheid op het podium als ze soleert, die ligt haar al helemaal niet. ‘Ik ben een groepsmens, ik leef graag met anderen, met mijn familie, of met een team.’ Maar zit ze eenmaal op het podium, dan verandert dat op slag. Dan is ze in een andere wereld.
Om de eenzaamheid het hoofd te bieden speelt de nu bijna 65-jarige Pires bij de spaarzame optredens waarop ze haar wereldpubliek trakte ert niet zelden met een bevriende gast. De Russische cellist Pavel Gomziakov vergezelt haar op haar nieuwe Chopin-cd en de bijbehorende promotionele concerttour door Europa en Japan met Chopins cellosonate, het laatste stuk dat nog tijdens het leven van de componist in druk verscheen. Pires: ‘Het is een belangrijk werk, ik denk dat Chopin erg van de cello hield. Maar deze sonate heeft wel wat eigenaardigheden, in de harmonie bijvoorbeeld, en is ook heel moeilijk om te studeren. Het stuk ligt niet makkelijk, vreemd genoeg ook niet voor de piano, het instrument dat Chopin zo goed kende. Het is alsof er iets weg is uit het instrument, alsof Chopin geen contact meer had met het instrument toen hij het schreef.’
De pianiste noemt het een vorm van vrijheid, van onthechting misschien. ‘Bij iedere componist is het interessant om te zien hoe de stukken uit de bloei van zijn leven verschillen van zijn laatste stukken, vlak voor zijn dood. Dat verschil is soms enorm. Je ziet een bepaalde vrijheid, in de harmonie en in de structuur, alsof ze al niet meer helemaal aan regels zijn onderworpen, aan de compositie zelf. Er is vrijheid, ze kunnen alle kanten opgaan, het kan van alles zijn, zoiets …’ – ze onderbreekt zich met een verontschuldigend lachje, ‘… ik weet niet hoe ik het moet uitleggen,’ zegt ze. Maar ze heeft het zojuist gedaan.
Incipit vita nova, hier begint een nieuw leven, is het Dante-motto dat Pires haar nieuwe album meegeeft. Hoe letterlijk zal ze het bedoelen? De pianiste heeft in 2006 een hartoperatie moeten ondergaan en haar cd is opgedragen aan onder anderen haar artsen en het medisch team van het ziekenhuis. Maar ze heeft in dat jaar ook Portugal verlaten om zich te vestigen in San Salvador, Brazilië. Een pijnlijke beslissing die ze moest nemen, omdat ze er niet langer kon blijven: ‘Ik werd gekruisigd in de pers.’ De problemen kwamen voort uit de onderneming op haar biologische boerderij in het Portugese Belgais, waar ze sinds 1999 haar fameuze kunstencentrum bestierde. Doel van het centrum was het begeleiden van jong, uitzonderlijk talent – de Nederlandse broers Lucas en Arthur Jussen hebben er nog aan hun artistieke ontwikkeling gewerkt. Daarnaast bood het centrum kansarme kinderen een nieuwe start in het leven door ze in contact te brengen met kunst. En daar ging het fout. Ze verloor alles, haar boerderij moest ze verkopen. Pires: ‘Het ging om een experimentele basisschool voor kinderen die anders nooit met cultuur in aanraking zouden komen. Offi cieel bestaan zulke kinderen niet in Portugal, maar ze zijn er natuurlijk wel en hun toekomst biedt meestal niets anders dan drugs en andere problemen. We wilden die kinderen helpen niet alleen te overleven, maar ook hun problemen onder ogen te zien zodat ze ze kunnen oplossen.’ Dat de Portugese beroepsgroep die zich bezighoudt met educatie niet gediend was van haar bemoeienissen op hun terrein en haar in de media fel aanklaagde, had ze niet kunnen voorzien.
Nee, ze is niet naar Brazilië gekomen vanwege een nieuwe geliefde, al meent de Portugese pers stellig van wel, verklaarde Pires in een interview, pal na haar emigratie. ‘Ik zou graag een Braziliaanse geliefde hebben, maar het is gewoon niet aan de orde,’ sneed de pianiste de media verder de pas af. Ze leeft er met haar geadopteerde tienerzoon; haar vier volwassen dochters en haar kleinkinderen komen er op bezoek. Haar Europese concerten organiseert ze in groepjes, zodat ze de oceaan nog maar twee keer per jaar hoeft over te steken. En diep in haar hart hoopt ze in Brazilië nog eens zo’n zelfde project van de grond te krijgen, en dan niet de fouten te maken die haar in Belgais de das omdeden.
Haar houding tegenover haar beroep is en blijft ambivalent. Ik heb nooit artiest willen zijn, zegt Pires in de documentaire die filmmaker Roel van Dalen over het Portugese kunstencentrum maakte. ‘Muziek is een noodzaak, een noodzaak om vrij te kunnen zijn.’ En voor de AVRO-camera vorig jaar: ‘Muziek hoort bij het leven, maakt er deel van uit. Je moet het niet isoleren en dan als iets speciaals onder de loep nemen. Het is belangrijk, maar je moet er niet zo’n exclusieve aandacht aan geven. Het maakt me niet zoveel uit welke muziek ik speel, welk concert van Mozart of van welke andere componist. Het is misschien vreemd, maar zo voel ik het en ik moet de waarheid spreken: het maakt me echt niets uit.’ Ze moet er zelf hartelijk om lachen. Maar Riccardo Chailly, die haar op het podium achter de verkeerde noten heeft zien zitten, kan bevestigen dat ze het ook nog letterlijk meent.
Frédéric Chopin
late werken
Maria João Pires, Pavel Gomziakov
Deutsche Grammophon 00289 477 7483 (2 cd’s) / VKZ 093 453
http://www2.deutschegrammophon.com/artist/biography?ART_ID=PIRMA
Relevante recensies