Kopatchinskaja, Patricia

2009-10-11 20:21:38

Patricia Kopatchinskaja: "Beethovens vrijheid moet overkomen bij het publiek"

De violiste Patricia Kopatchinskaja is in korte tijd een spraakmakende stersoliste geworden, mede dankzij haar onconventionele spel. Dat blijkt ook weer op haar laatste cd. Om met Philippe Herreweghe en zijn Orchestre des Champs-Élysées Beethovens complete werken voor viool en orkest te kunnen spelen schakelde ze voor het eerst over op darmsnaren. ‘Een levensveranderende ervaring’, aldus de violiste.

‘Nee, ik betaal wel’ zegt Patricia Kopatchinskaja resoluut. ‘Tegenwoordig krijg ik een behoorlijk honorarium voor mijn concerten. Dat komt er van als je cd’s hebt opgenomen. Een aantal jaren geleden kon ik dit nog niet doen. Stond ik te dubben of ik wel of niet zou lunchen.’ Ze lacht haar ontwapenende lach. In korte tijd is de violiste uitgegroeid van een veelbelovend meisje uit Moldavië tot een internationaal fenomeen. Critici rollen over elkaar heen om haar spel met superlatieven te prijzen. En de tegengeluiden steken inmiddels net zo hard de kop op. Zo werd er op YouTube flink gemopperd op haar ruige vertolking van Beethovens Kreutzersonate.
‘Dit heeft niets te maken met klassieke muziek’, schreef een boze luisteraar, ‘dit is cross-over.’ ‘Ik ben in het geheel niet geïnteresseerd in perfectie’, verklaart Kopatchinskaja, kind van ouders die actief zijn in de Moldavische volksmuziek, rustig op een terras in zonnig Amsterdam. ‘Het gaat mij om de expressie. Ik wil een verhaal vertellen. En dat doe ik niet voor muziekwetenschappers en puristen maar voor mensen die openstaan voor de muziek, de ervaring.’
Bij het vertellen van dat verhaal is niets heilig, zo lijkt het. Op haar vorige cd, een recital met pianist Fazil Say, scheurt en krast Beethoven, klinkt Bartók naar rauwe volksmuziek en lijkt Ravel bij vlagen een heuse bluesgigant. En als het zo uitkomt, speelt ze met geestgenoot Say tijdens liveconcerten een wilde jazzversie van Für Elise.
Ook haar jongste cd is even onconventioneel als overtuigend. Niet zozeer wat het repertoire betreft, maar vanwege de combinatie met Philippe Herreweghe en zijn Orchestre des Champs-Élysées. En vanwege het feit dat Kopatchinskaja op een historisch instrument en darmsnaren speelt. ‘Dat was niet mijn eerste keuze’, zegt ze eerlijk. ‘Ik wilde met Herreweghe en zijn orkest werken. Dat betekende automatisch dat ik op darmsnaren moest spelen.’ Vandaar dat ze voor Beethovens Vioolconcert, diens Romances op. 40 en 50 en het overgeleverde en zelden opgenomen fragment van het Vioolconcert uit 1791 (WoO 5) haar eigen Pressendaviool uit 1834 bespande met darmsnaren. ‘Het heeft mij vele nieuwe inzichten opgeleverd. Zo wist ik niet dat mijn viool zo innig, zo introvert kon klinken en dat ik de contrasten zo scherp kon aanzetten.’
Hoewel ze weinig op heeft met het idee van een historisch correcte uitvoering - ‘ik moet zorgen dat de boodschap overkomt bij het publiek van vandaag, dát is mijn verantwoordelijkheid’ – is ze voor de vertolking van Beethovens muziek voor viool en orkest zorgvuldig te werk gegaan. ‘Ik heb de manuscripten bestudeerd. Dat heeft mij een heel nieuwe kijk op het concert gegeven. Het mag soms ruig klinken. Het is een concert, geschreven in een periode van revolutie en bedoeld om het publiek angst aan te jagen. De viool is soms net een geest die onafhankelijk boven het orkest hangt.’ De studie van het manuscript gaf haar de vrijheid om de noten bijna improvisatorisch te laten klinken. ‘Beethoven schreef vele versies en ze zijn allemaal interessant. Wie weet wat er allemaal gebeurd is, hoe het concert gespeeld werd voordat er een uiteindelijke versie in druk verscheen. Die vrijheid moet vandaag de dag ook bij het publiek overkomen.’
Om die vrijheid te bereiken moest Kopatchinskaja meer doen dan alleen maar de manuscripten bestuderen. ‘Ik heb een absoluut gehoor dat is ingesteld op een A van 440 Hz. Het orkest van Herreweghe speelt in een lagere stemming. Ik heb mijn oren tijdenlang moeten sluiten voor muziek op radio en tv om aan die lagere stemming te wennen.’ Ze speelde zelfs op concerten gewoon met het orkest mee om aan de stemming te wennen. ‘Een geweldige ervaring’, zegt ze nu. ‘Herreweghe is niet echt een dirigent, hij is een inspirator die musici uitnodigt om ook in symfonieën een soort kamermuziek te maken. Voor deze dirigent en dit
orkest pas ik mijn oren graag aan. Herreweghe heeft voor mij zoveel nieuwe deuren van uitdrukkingsvaardigheid geopend. Ik heb echt leren luisteren, leren verinnerlijken. Herreweghe is een magiër voor mij.’
Hoewel het fragment van het Vioolconcert WoO 5 een extra dimensie aan de cd toevoegt - ‘we hebben alleen het overgeleverde fragment opgenomen en het verder niet willen voltooien’- is de vraag waarom ze Beethovens al zo vaak geregistreerde concert op wilde nemen een veelgestelde. ‘Ik heb er eigenlijk geen goed antwoord op. Ik had het gevoel dat we met elkaar onze Beethoven gevonden hadden, een moment van eeuwigheid dat ons verhief boven het aardse. Er gebeurde iets, een enorme diepgang, het gevoel van zo moet het.’
En de manier waarop het volgens de violiste moet, is nog steeds niet helemaal de gangbare manier. ‘Een interpretatie kopiëren is niet interessant voor mij. Ik wil het publiek bereiken. Mijn moeder zei altijd dat ze het zonde van haar tijd vond om naar een concert te gaan. Mensen willen daar alleen maar mooie muziek horen, er een sociale gebeurtenis van maken, maar zij wilde geraakt worden, geschokt zelfs. Dat ben ik met haar eens. Wat dat aangaat speel ik alles alsof het actuele volksmuziek is.’
Ze heeft daarbij de laatste jaren niet alleen dankzij Herreweghe aan diepgang en uitdrukkingskracht gewonnen: ‘Ik ben nu 32 jaar en ik heb een dochtertje van vier. Ik heb altijd gezegd dat ik geen cd’s wilde maken voordat ik een kind had gekregen. Een goede instelling: ik heb nu pas het gevoel dat ik echt iets te zeggen heb.’ Het moederschap is tegelijkertijd ook lastig, erkent ze. ‘Mijn moeder heeft mij altijd voorgehouden dat het vak van musicus niet goed is voor een vrouw. Hoewel ik het vak niet gekozen heb, maar het vak mij, zit er wel iets in. Een goede solist heeft iets manisch, is constant met zijn muziek bezig. Dat zie ik ook aan Fazil Say. Hij kan zo in zichzelf gekeerd zijn dat ik mij wel eens zorgen maak. Voor een vrouw, een moeder, is het anders. Er is altijd iets dat net zo belangrijk is. Dat brengt een verscheurdheid met zich mee; als ik concerten geef wil ik het liefst bij mijn kind zijn en omgekeerd. Gelukkig hoef ik niet meer zoveel te spelen. Dat is het voordeel van cd’s: mensen kunnen thuis luisteren en dan beslissen of ze mij willen horen of niet.’

Door Paul Janssen

Ludwig van Beethoven
Complete werken voor viool en orkest
Patricia Kopatchinskaja, Orch. des Champs-Élysées o.l.v. Philippe Herreweghe
NAÏVE V5174

http://www.patkop.ch

Relevante recensies