2007-08-03 12:09:18
Lang voordat hiphop de functie van een getto-straatkrant kreeg, werkte de blues op een vergelijkbare manier. Sleepy John Estes, John Lee Hooker en andere muzikale hobo’s deden in hun songs verslag van hun reizen en gaven reislustige luisteraars nuttige adviezen mee. Bluessongs documenteerden de trek ‘up North’, weg van de katoenvelden, op zoek naar een menswaardig bestaan. De blues legde en passant een fundament voor de jazz en later voor rock ‘n’ roll, maar stond zelf eigenlijk stil en verloor relevantie. Rond de laatste eeuwwisseling is er een groep jonge mannen opgestaan, Keb Mo, Chris Thomas King en Eric Bibb, die heeft gezorgd voor herwaardering van de folkblues. Met verzorgde songs, amper elektrisch versterkte instrumenten en mooie stemmen geven deze troubadours de blues een eigentijdse feel die tegelijkertijd stevig verankerd is in de traditionele blues uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Nu ook het sexy surf-idool Jack Johnson deze richting aanstipt in zijn bluesy popsongs, is ook de altijd in een keurig pak gestoken Eric Bibb razend actueel. Zijn album ‘Diamond days’ is toegankelijk: poppy en melodieus. De pakkende teksten getuigen van Bibbs optimisme: Keepin’ your eyes on that mountaintop, one step at a time, don’t ever, ever stop (in ‘Shine on’) en I’m so glad I kept goin’ on the rocky road to my dreams.