2006-12-01 19:20:12
Gelukkig, ze kan het nog! In sommige van haar recentere opnamen liet de zuiverheid van Maria Bayo’s zang wel eens te wensen over. Haar muzikaliteit, gepaard aan die unieke, kristalheldere stem maakten veel goed, maar toch… Van intonatieproblemen gelukkig geen spoor op haar nieuwe cd met zarzuela-aria’s. De componist José Melchor de Nebra Blasco was de bekendste telg uit een muzikaal Spaans geslacht. Werkzaam aan het Spaanse hof onder de Frans-Italiaanse componist Corselli en later als diens opvolger groeide hij uit tot de opera- en zarzuelacomponist bij uitstek in het Spanje van de late barok. Zijn stijl kenmerkt zich door op Italiaanse leest geschoeide composities, met een onmiskenbaar Spaans karakter. Een onvermijdelijk bestanddeel van de Italiaanse opera seria, de zogenaamde ‘schipbreukaria’, vond ook in de zarzuela’s van Nebra een plaats. Maria Bayo zingt er hier twee: virtuoze aria’s met een orkestpartij waarin ronkende hoorns de boventoon voeren. Typisch Spaans zijn daarentegen de levendige ‘seguidillas’ met hun castagnetbegeleiding. Bayo is adembenemend in de virtuoze stukken en ontroert in ingetogener aria’s als ‘¿Quien cielos?’, de mijmeringen van een verliefde Venus. Als intermezzo geeft Al Ayre Español een zinderende uitvoering van Boccherini’s symfonie ‘La Casa del Diavolo’, waaraan citaten uit Glucks ‘Don Juan’ eveneens een Spaans accentje geven.