2006-10-08 13:10:42
De naam van Paul Badura-Skoda is haast synoniem aan de fortepiano. In de jaren zeventig was hij een pionier die iedereen verbaasd deed staan met een ongehoorde klavierklank. ‘Zo klonk het destijds,’ was zijn argument en niemand kon er wat tegenin brengen. Van lieverlee won Badura-Skoda het pleit, als musicus én als musicoloog, en de fortepiano is nu niet meer weg te denken uit de concertpraktijk. Deze cd heeft de meesterpianist eigenhandig geproduceerd. Badura-Skoda is solist, dirigent, producent én auteur van het booklet. Over veelzijdigheid gesproken. Hij speelt twee Mozartconcerten op een kopie van een Walter, het favoriete instrument van Mozart, Haydn en Beethoven. De klank is broos en bescheiden. Dynamische schakeringen zijn beperkt en het bereik is veel geringer dan bij de moderne concertvleugel. Het bespelen is kennelijk geen sinecure, want hier en daar is Badura-Skoda wel op onregelmatigheidjes te betrappen: bij versieringen worden wel eens nootjes ingeslikt. Maar dat zijn verwaarloosbare puntjes bij deze gloedvolle uitvoeringen van de Concerten KV 414 en KV 271. Over dit laatste bericht Badura- Skoda ons dat de titel ‘Jeunehomme’ naar het rijk der fabelen moet worden verwezen: het werk werd geschreven voor de pianiste Louise Victoire Jenamy die op doorreis was in Salzburg. Had niets met een ‘jongeheer’ te maken.