2008-03-17 14:36:19
In het 37ste deel van zijn cyclus met alle overgeleverde cantates van Bach presenteren Masaaki Suzuki en zijn Bach Collegium Japan drie cantates uit 1726. Bach werkte toen vier jaar in Leipzig. Voor de liturgie in de Thomaskirche had hij al een breed repertoire aan min of meer gangbare cantates opgebouwd. Daarom durfde hij in dat jaar te experimenteren. Hij componeerde verschillende cantates voor slechts één solist en ensemble. Ook laste hij nu en dan uitgebreide instrumentale intermezzo’s in, naast opvallende solistische partijen voor orgel, mogelijk ter uitdaging van zijn oudste zoon Wilhelm Friedemann, die de orgelpartijen speelde. Op deze cd klinken twee cantates voor alt solo en ensemble: Vergnügte Ruh, beliebte Seelenrust en Geist und Seele wird verwirret. De altpartijen komen voor rekening van de Britse countertenor Robin Blaze, een oude getrouwe van Suzuki, die opnieuw positief opvalt met het fraaie timbre van zijn stem en intelligent tekstbegrip. Beluister voor een eerste indruk track 8: een prachtig duet voor alt en oboe d’amore. De solistische orgelpartijen krijgen extra gewicht. Suzuki laat zijn organist niet een klein portatieforgel, maar een groot kerkorgel bespelen (voor de liefhebbers: de orgels van de Vrouwenuniversiteit van het Japanse Kobe en de St. Crucis Kirche in de Duitse stad Erfurt).
Dimitri van der Werf
Johann Sebastian Bach Cantates, vol. 37: Gott soll allein mein Herze haben, Vergnügte Ruh, beliebte Seelenrust, Geist und Seele wird verwirret, Bekennen will ich seinen Namen (aria) Robin Blaze, Bach Collegium Japan o.l.v. Masaaki Suzuki BIS SACD 1621
http://www.preludeklassiekemuziek.nl/bcj.html