2007-07-22 13:42:30
Claudio Arrau had de mentale flexibiliteit om zijn kunstenaarschap voortdurend ter discussie te stellen. Hij sleutelde onvermoeibaar aan zijn techniek en bestudeerde in zijn zoektocht naar muzikale waarheid de meest uiteenlopende zaken, zoals zenboeddhisme, Jungiaanse psychoanalyse en moderne dans. Arrau was vaak in de opnamestudio te vinden, voor het eerst in 1927, toen hij zijn eerste 78-toerenplaat met werken van Busoni volspeelde, voor het laatst in 1990, toen hij als 87-jarige Beethovens Tweede sonate op cd zette. Aan de hand van zijn uitgebreide discografie is goed te volgen hoe hij zich ontwikkelde: van een virtuoos in de romantische traditie tot een analytisch ingestelde, moderne interpreet. In 1956 nam hij alle Etudes van Chopin op, een hachelijk terrein omdat legioenen pianisten deze werken als hun dagelijks brood beschouwen. Arraus opname is vaak met andere vergeleken. Daarbij komt hij er niet altijd gunstig vanaf. Hem is meer dan eens een te zakelijke benadering verweten, waaronder de poëzie zou lijden. Zijn benadering is puriteins. Hij gebruikt opvallend weinig pedaal om pianotechnisch de lat zo hoog mogelijk te leggen. Wie zoetgevooisde versies van de langzamere etudes wenst of nu en dan impressionistische klankschilderingen, zoekt zijn heil beter elders. Voor een glasheldere, onsentimentele, soeverein gespeelde versie is deze geslaagd verdoekte opname een prima optie.
Dimitri van der Werf
Frédéric Chopin Etudes (compleet) Claudio Arrau EMI 3 79988 2 3
http://www.marstonrecords.com/arrau/arrau_liner.htm